Chok Chey

Na 2 weken (zondag 27 Juni 1993) moest mijn geweergroep naar een ander locatie. Een grenspost tussen Thailand en Cambodja genaamd CMT-203 (Chok Chey).

Chok Chey was een plaatsje waar verschillende Cambodjaanse leger troepen hun wapens hadden ingeruild voor eten en bescherming. De mensen daar kregen 1 keer in de week een voedselpakket die ze konden ophalen bij de uitgaven post. Wij moesten toezicht houden dat het netjes en zonder kleerscheuren verliep.

We gingen daar ook op patrouille of liepen wacht. Op de patrouille gingen we met de laro en B.V. (rups voertuig) langs verschillende dorpjes en iedere keer iets verder. Als we hulp konden bieden aan de lokale bevolking deden we dat en soms kwamen we mensen tegen die besmet waren met het Malaria virus en konden we iets tegen de koorts geven. Op een gegeven moment kwamen we bij een slagboom waar Khmer Rouge soldaten wacht liepen, we mochten niet verder. Na een aantal dagen weer daar heen en nog eens proberen. We hadden geluk, we mochten verder onder begeleiding van een aantal soldaten die daar wachtliepen. In een klein dorpje verderop zat een Generaal, die een arm miste door de oorlog. Na verloop van tijd en vele gesprekken hebben deze soldaten ook hun wapens neer gelegd en gingen verder als normale burgers.

Op deze locatie heb ik ook mijn 23ste verjaardag gevierd. Ik moest die dag wel wachtlopen want alles gaat gewoon verder, ondertussen had het kader en de jongens binnen de ruimte versiert met slingers en hoedjes die mijn ouders hadden opgestuurd. We zaten daar met ongeveer 20 man. Het kader had op het kamp 'de witte olifant' 2 taarten geregeld i.p.v. 1 taart zodat, iedereen die daar zat een stuk gebak kon krijgen. Dit was een leuke verrassing voor mij.

Verder Terug